Waarom werkt AQUON met Verkooppunten (in plaats van met Euro’s)?

Verrekenmethodiek

AQUON is een Gemeenschappelijke Regeling en heeft geen winst doelstelling. Volgens afspraken, vastgelegd in de GR, worden de totale kosten van AQUON per jaar verdeeld over de deelnemers.

De verdeling van die kosten vindt plaats op basis van de gerealiseerde productie. Een verkooppunt is een eenheid van die productie (zoals bijvoorbeeld stuks, meter, m2 of m3).

Aan elke dienst die AQUON verricht, is een hoeveelheid verkooppunten vastgesteld voor de doorberekening aan de waterschappen. Het aantal verkooppunten per verrichting is voor elk waterschap gelijk en staat voor wat betreft de standaarddiensten vermeld in de PDC (Producten en Diensten Catalogus). Op deze manier is AQUON in staat om haar totale kosten te verdelen over de waterschappen in de mate waarin zij producten en diensten hebben afgenomen.

De vertaling van verkooppunten naar Euro’s vindt (daarna) plaats via een complex systeem van verrekening van vaste en van variabele kosten van AQUON.

Hoe is het aantal verkooppunten voor een verrichting of dienst bepaald?

Het aantal Verkooppunten voor een product of dienst is bepaald op basis van een kostprijsberekening. De kosten voor een product of dienst worden op een bepaald moment berekend in euro’s en met de gemiddelde verkooppuntprijs van dat moment teruggerekend naar een aantal verkooppunten voor dat product of die dienst.

Dit aantal wordt bepaald op het moment van opname in de PDC en wordt niet periodiek aangepast op basis van schommelingen van de kosten in de markt. Een stijging van de prijzen/ lonen zal leiden tot hogere kosten van AQUON en daardoor zichtbaar worden in de gemiddelde prijs per verkooppunt, en derhalve in de totale producten en diensten doorwerken.  

 

Hoe gaat werken met verkooppunten in zijn werk bij nieuwe producten of diensten?

Het handigste is dat toe te lichten aan de hand van een voorbeeld: analyse op stof X. Normaal gesproken werkt dat als volgt:

  1. Universiteiten of instituten ontwikkelen een nieuwe methode: zeer hoge kosten, nog erg lage vraag, kosten per analyse zijn erg hoog, wordt door AQUON uitbesteed, geen dienst in PDC, doorbelasting in VP wordt teruggerekend vanuit €.
  2. Commerciële bedrijven springen in de markt van toegenomen meetvraag, methode is ontwikkeld, wordt geïmplementeerd, markt vraagt hoge prijzen (lager dan univ./inst.), want beperkte/geen concurrentie, universiteiten en instituten gaan niet voor de productie. 
  3. Ook voor ons wordt door aanhoudende meetvraag business case lonend het zelf te gaan doen, in bc worden aantallen analyses en aantallen VP (obv kostprijs) geanalyseerd tbv besluitvorming. Tariefstelling zal dan lager / vergelijkbaar zijn dan bij commerciële markt.

NB: De markt kan strategische prijsstelling hanteren en ‘duiken’ ten opzichte van de kostprijzen om interessant te blijven, om zodoende insourcing te voorkomen.

NADERE BESCHOUWING MBT PFAS

NB: getallen niet geverifieerd, maar het gaat om het principe van de werking:

  1. Universiteit van Amsterdam: uitbesteed, beperkte vraag, kosten orde € 1.500 per analyse.
  2. Eurofins springt in: vraag stijgt snel, nog onduidelijk of die blijvend is, kosten orde € 750 per analyse.
  3. Aanhoudende meetvraag, zelf doen haalbaar en interessant: kosten orde € 500 per analyse

NB: Eurofins voert deze analyse uit in de matrix ‘grond’ met een enorme omvang, waarbij de omvang van deze waterkwaliteitsmonsters in het niet valt. En daarmee valt ook de financiële bijdrage van de opbrengst daarvan in het niet. Daarmee kan Eurofins de prijsstelling strategisch inzetten en ‘duiken’ om interessant te blijven en om insourcing bij AQUON dwars te zitten / te willen voorkomen.

Hoe gaat AQUON om met prijsverhogingen van leveranciers bij uitbestede werkzaamheden?

Voor de producten en diensten die zijn opgenomen in de PDC (Producten en Diensten Catalogus) van AQUON blijft het aantal Verkooppunten ongewijzigd. Voor de overige producten en diensten (die AQUON niet zelf uitvoert) leidt een prijsverhoging van een leverancier tot een verhoging van het aantal Verkooppunten.

De prijsverhoging van leveranciers leidt tot hogere kosten voor AQUON en daarmee tot een hogere gemiddelde verkooppuntprijs (€ /VP).

In relatie tot voorgaande vraag kunnen prijsverhogingen van leveranciers leiden tot een interessantere BC voor insourcing. Andersom kunnen prijsverlagingen reden zijn om de verhouding zelf doen / uitbesteden te veranderen. 

Waarom moet bij VP-aanpassingen het aantal onder aan de streep AQUON-breed altijd ‘0’ zijn?

i.e. waarom moet tegenover een verlaging van het aantal VP’s voor een analyse elders een verhoging van een aantal VP’s voor andere analyse(s) worden ingezet?

Als VP-aanpassingen leiden tot een verschil in het totaal aantal verkooppunten heeft dit invloed op de prijs per verkooppunt. Dit leidt er toe dat inzicht op de ontwikkeling van de efficiency verloren gaat.

AQUON heeft op enig moment een bepaalde productieomvang met een bijbehorend kostenniveau, hetgeen leidt tot een gemiddelde verkoopprijs per VP. (De ontwikkeling van) Die gemiddelde verkoopprijs/VP is een maat voor de efficiëntie van de organisatie. Een VP is een eenheid voor de productie. Als er in de totale productie en de totale kosten niets verandert, maar het aantal VP van analyse X zou wel worden aangepast, dan moet elders het aantal VP van een andere analyse worden verhoogd. De totale productieomvang en de kosten (en dus ook de gemiddelde verkoopprijs) bleven immers gelijk...